Voor een Nederlander is het al decennia doodnormaal in een grote stad te fietsen. Steden als Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Den Haag wemelen van de tweewielers. De inrichting van onze grote plaatsen is ook zodanig dat het kan. Hoe anders was dat – tot voor kort – in metropolen als Londen, Parijs, Athene en Rome. Boris Johnson, nu de premier van Groot-Brittannie, een jaar of tien geleden burgemeester van Londen maakte zich sterk voor de hoofdstad als fietsstad en niet zonder succes.
Steeds vaker heb je als bezoeker van buitenlandse steden dus de mogelijkheid om per fiets de belangrijkste plaatsen binnen de stad die je bezoekt te verkennen. Het leuke is dat je regelmatig Nederlandse, initiatiefrijke ondernemers die hiervan een florerende business hebben gemaakt.
Athene is een goed voorbeeld. Maar ook in Parijs en in Porto heb ik door deze manier van de stad doorkruisen veel meer gezien dan bij voorgaande bezoeken. De snelheid waarmee je verplaatst is natuurlijk vele malen groter in vergelijking met een wandeling en tegelijkertijd kleiner dan als je in een bus zit of in een taxi. Maar je komt toch ook sneller op plaatsen waar je anders maar niet naartoe gaat omdat dit te voet lastig is. In Athene en Porto is een elektrische fiets overigens wel aan te bevelen: het hoogteverschil is ook te voet al moordend, op een gewone fiets kom je zonder hulpmiddelen gewoon niet op je zadel boven.
De klimmetjes zijn te stijl en vaak net te lang. In Parijs wordt fietsen niet altijd gewaardeerd, zeker niet als je op verkeerde plaatsen rijdt en niet zoals daar dan moet, de fiets aan de hand neemt. Les Parisiens zijn assertief en laten je duidelijk merken dat dit niet kan. Wees dus gewaarschuwd en beter nog: hou je aan de verkeersregels! Dus in een grote Europese stad: overweeg de stad is niet vanuit zo’n bus te bekijken of te voet, maar pak de (elektrische) fiets!