Uit Smithsonian Magazine. Door: Meilan Solly.
Voor één Duits gezin was het leven in Midden-Europa schijnbaar idyllisch, zelfs toen de Tweede Wereldoorlog om hen heen woedde. “Elke wens van mijn vrouw of kinderen werd vervuld,” schreef familievader Rudolf Höss in zijn autobiografie. “De tuin van mijn vrouw was een paradijs voor bloemen. Rudolfs vijf kinderen speelden met schildpadden, katten en hagedissen in hun huis in de buurt van de Poolse stad Krakau; in de zomer dartelden de broers en zussen in een zwembad in hun tuin of zwommen ze in een nabijgelegen rivier. Deze vredige huiselijke taferelen maskeerden een duistere realiteit: Rudolf was de nazi-officier die de leiding had over Auschwitz, het concentratie- en vernietigingskamp waar de nazi’s naar schatting 1,1 miljoen mensen vermoordden, de meeste van hen Europese Joden. Rudolf was direct verantwoordelijk voor deze moorden, waar hij toezicht op hield als de langstzittende commandant van het kamp. En de vredige villa met bloementuin? The Zone of Interest, een nieuwe film geschreven en geregisseerd door Jonathan Glazer, toont het alledaagse leven van de Hösses, waarbij hij zich zelden buiten de grenzen van de villa waagt om de gruwelijkheden te zien die zich naast de villa afspelen. Door de nadruk te leggen op het alledaagse, hoopte de veelgeprezen Britse filmmaker Rudolf (gespeeld door Christian Friedel) en zijn vrouw Hedwig (Sandra Hüller) te ontmaskeren als onmiskenbaar menselijk. “Ik wilde het idee van hen als anomalieën ontmantelen, als bijna bovennatuurlijk,” vertelt Glazer aan de New York Times. “Je weet wel, het idee dat ze uit de lucht kwamen en amok maakten, maar godzijdank zijn wij dat niet en zal het nooit meer gebeuren. Ik wilde laten zien dat dit misdaden waren die gepleegd waren door meneer en mevrouw Smith op nummer 26.”
Höss die leiding gaf aan een industrieeel vernietigingscomplex waarin miljoenen mensen stierven werd na een proces ter dood veroordeeld en stierf door ophanging
In een afscheidsbrief aan zijn vrouw schreef Höss op 11 april 1947
“Op” basis van mijn huidige kennis zie ik vandaag duidelijk, voor mij ernstig en bitter, dat de hele ideologie over de wereld waarin ik zo vastberaden en onwankelbaar geloofde, gebaseerd was op volledig verkeerde premissen en op een dag absoluut in elkaar moest storten. En dus waren mijn handelingen in dienst van deze ideologie volkomen verkeerd, ook al geloofde ik trouw dat het idee juist was. Nu was het heel logisch dat er sterke twijfels in mij groeiden en of mijn afkeren van mijn geloof in God gebaseerd was op volledig verkeerde premissen. Het was een zware strijd. Maar ik heb mijn geloof in mijn God teruggevonden.”
Dezelfde dag zei Höss in een afscheidsbrief aan zijn kinderen tegen zijn oudste zoon:
“Bewaar je goede hart. Word een mens die zich in de eerste plaats laat leiden door warmte en menselijkheid. Leer zelf te denken en te oordelen, op een verantwoordelijke manier. Accepteer niet alles kritiekloos en als absoluut waar… De grootste fout van mijn leven was dat ik alles geloofde wat van bovenaf kwam, en dat ik niet de minste twijfel durfde te hebben over de waarheid van datgene wat mij werd voorgeschoteld. … Laat bij al je ondernemingen niet alleen je verstand spreken, maar luister vooral naar de stem in je hart.”
(bron bovenstaande citaten: https://en.wikipedia.org/wiki/Rudolf_H%C3%B6ss#)